HCSS (The Hague Center for Strategic Studies) heeft uitgebreide media-aandacht gekregen door een rapport gepubliceerd door Jilles van den Beukel en Lucia van Geuns: ‘The deteriorating outlook for Dutch small natural gas fields‘.

Doordat de Nederlandse gasproductie daalt, stijgt de import van minder schoon Russisch gas, schrijven Jilles van den Beukel en Lucia van Geuns in het deze week gepubliceerde rapport The deteriorating outlook for Dutch small natural gas fields.
In 2022 stopt de gaswinning in Groningen. Wat overblijft is de productie uit kleine velden. De voorspellingen voor de toekomstige Nederlandse gasproductie uit deze kleine velden, zoals die nu door het ministerie van Economische Zaken en Klimaat gebruikt worden, laten een geleidelijke afname zien en komen uit op in 2030 nog steeds ongeveer 10 tot 12 miljard kuub per jaar. Maar is dat realistisch? De productie van gas is de laatste jaren snel afgenomen en de maatschappelijke acceptatie is ook verminderd.
De toekomstige productie uit kleine velden is in prognoses de laatste tien jaar steevast overschat. Blijkbaar zijn gasproducenten in Nederland niet meer in staat ten volle gebruik te maken van de mogelijkheden die de geologie hen biedt. Een relatief hoge belastingdruk in Nederland speelt een rol, maar het grootste probleem zijn de langdurige procedures. Tussen het vinden van een veld en de start van de productie verstrijkt in Nederland nu soms wel twee keer zo veel tijd als in Engeland of Noorwegen.
Het investeringsklimaat voor gasproducenten in Nederland is minder aantrekkelijk geworden dan in veel andere landen. Het aantal putten dat nu geboord wordt is 80 procent minder dan tien jaar terug, terwijl schattingen van de resterende, nog niet ontwikkelde, reserves op een relatief constant niveau bleven.
Het overschatten van de toekomstige productie uit kleine velden is op te lossen. Neem aan dat sommige ogenschijnlijk aantrekkelijke projecten niet worden gerealiseerd of er veel langer over doen dan gepland en pas de prognose aan op de resultaten die de gasproducenten het laatste decennium geboekt hebben. Met die methode komt de schatting van de toekomstige productie uit kleine velden in 2030 slechts op 5 miljard kuub per jaar.
Maar wat als de trend van een verslechterend investeringsklimaat zich verder voortzet? Met de nieuwe Mijnbouwwet zijn procedures meer tijd gaan kosten. Lokale overheden procederen veelal door tot aan de Raad van State, al weten zij dat de kans op succes nihil is. Het afgelopen halfjaar lag een groot aantal projecten, ook offshore, stil vanwege de stikstofproblematiek. De huidige lage gasprijzen maken het voor Nederlandse gasproducenten moeilijker om geld los te krijgen van investeerders of een buitenlands hoofdkantoor. Nederland lijkt het vertrouwen in gasproducenten verloren te hebben. Maar omgekeerd is dat ook het geval.
Er mogen vooral offshore dan wel interessante mogelijkheden zijn voor exploratie, straks zijn er geen geïnteresseerde bedrijven meer om ze aan te boren. In dat geval dreigt de productie onder het kritische volume te komen dat nodig is om de kosten te dragen van een offshore pijpleidingsysteem en kan de offshore productie snel naar nul zakken.
De dalende Nederlandse gasproductie leidt intussen tot een snelle toename van de import van gas. Want onze gasconsumptie daalt helemaal niet. Die neemt zelfs iets toe. In West-Europa wordt energie uit kolen nu in rap tempo vervangen door gas, meer om commerciële dan om politieke redenen: de emissierechten voor kolen, per eenheid opgewekte elektriciteit, zijn hoger dan die voor gas. De sluiting van nucleaire centrales komt daar bovenop.
De afgelopen jaren nam de export van Russisch gas naar Europa toe van ongeveer 140 naar 200 miljard kuub per jaar. De Liquid Natural Gas (LNG) importterminal op de Maasvlakte draait sinds een jaar op volle toeren. Naar onze inschatting zal Nederland in 2030 jaarlijks tussen de 30 en 40 miljard kuub gas gaan importeren.
De totale uitstoot van broeikasgassen, van productie tot consumptie, ligt bij Russisch gas en bij schaliegas uit de Verenigde Staten zo’n 30 procent hoger dan bij Nederlands gas. Als we op EU-niveau het Nederlandse gas door Russisch gas vervangen, dan doet dat de totale vooruitgang die geboekt wordt door een hoger aandeel zon- en windenergie in de Nederlandse elektriciteitsproductie geheel teniet. Maar in de besluitvorming speelt dit tot nu toe geen enkele rol omdat we gefixeerd zijn op nationale emissiedoeleinden.
In Nederland zou daarom een meer actief en efficiënt beleid gevoerd moeten worden om ineenstorting van de Nederlandse gasproductie te voorkomen. Juist ook met het oog op het klimaat. Het terugdringen van de consumptie van gas is zinvol. Het terugdringen van de productie van gas, in een land met weinig methaanlekkages en andere additionele emissies, is dat niet. Zolang wij in Nederland gas consumeren is het zinvol om gas te verbruiken met zo laag mogelijke additionele emissies en ons beleid daarop af te stemmen.

De pdf van het rapport is te vinden via deze link.

Meer media aandacht en links zijn te vinden via deze site.